Toepassen inflatiecorrectie
De opbrengst van de onroerendezaakbelasting (OZB) voor woningen is voor 2017 verhoogd met het door het CPB geraamde inflatiepercentage van 1,0% (consumentenprijzenindex). Met deze verhoging wordt de algemene prijsontwikkeling gevolgd. Dit is noodzakelijk om de inkomsten van de gemeente op dit onderdeel op peil te houden en structurele onevenwichtigheid te voorkomen.

Toepassen Woonlastenbenadering
Zoals in de Kadernota 2017 is aangegeven wordt met de term ‘woonlastenbenadering’ bedoeld dat lagere opbrengsten uit de afvalstoffenheffing en de rioolheffing worden gecompenseerd door hogere opbrengsten uit de OZB, zodat het totaal aan opbrengsten van gemeentelijke belastingen gelijk blijft. Concreet betekent dit voor de burger dat de tarieven voor de afvalstoffenheffing en rioolheffing zullen dalen en dat het OZB-tarief voor woningen zal stijgen. De gemiddelde lastendruk zal daarbij voor de inwoners gelijk blijven. Er treedt daarbij wel een onvermijdelijke lastenverschuiving op van huurders (die geen OZB betalen) naar eigen-woning-bezitters. Als gevolg van het toepassen van de woonlastenbenadering is de opbrengst van de OZB voor 2017 extra gestegen.